Kruispuntdenken of intersectionaliteit is een concept dat dateert uit de 19de eeuw en werd in 1854 voor het eerst gebruikt door slavin Sojourner Truth die een lezing gaf waarin ze haar eigen leven beschreef. Na elke paragraaf herhaalde ze de zin “and ain’t I a woman?”. Intersectionaliteit was een reactie van Afro-Amerikaanse vrouwen die eind vorige eeuw aanklaagden dat de combinatie van gender en etniciteit ervoor zorgde dat je tweemaal uitgesloten werd en dat bovendien vrouwenorganisaties en antiracismebewegingen zich daar te weinig mee bezig hielden. Er zijn verschillende aspecten die een geprivilegieerde of benadeelde positie kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld gender, etniciteit, klasse, seksuele geaardheid, leeftijd, enz. We noemen het sociale ordeningsprincipes. De meisjes die via het jeugdwelzijnswerk bereikt worden, situeren zich op enkele assen die er net voor zorgen dat hun positie in de samenleving extra verzwakt. Een jong meisje met een migratieachtergrond dat opgroeit in armoede zal op verschillende manieren uitsluiting ondervinden. Ze wijken immers het hardst af van wat de heersende norm als ‘gewenst’ beschouwt.
Via de meisjeswerkingen kunnen jeugdwerkers verschillende privileges en macht in vraag stellen, zeker van de allerzwakten in onze samenleving. Dat doen ze door te vertrekken vanuit hun specifieke noden die je niet meer in hokjes kan steken. Het zijn de verschillende dimensies, zoals bijvoorbeeld vrouw-zijn, laaggeschoold en een migratieachtergrond, die invloed op elkaar hebben. Onze samenleving is georganiseerd op basis van verschillende assen met duidelijke machtsverschillen daartussen. Ze met elkaar combineren en op die manier onrecht aanklagen is net wat intersektioneel denken is. Je kan kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare posities in één bepaald hokje duwen en het is net door de uitsluiting en het gebrek aan bepaalde privileges en macht dat ze aan macht inboeten. Vanuit het jeugdwelzijnswerk moeten we vertrekken vanuit de leefwereld van de kinderen en jongeren met de minste privileges in onze samenleving, zij worden het meest uitgesloten. Daarom is het net zo belangrijk dat het in zijn totaliteit bekeken wordt en dat de link gemaakt wordt met andere aspecten. Dat is ook de reden voor de verschillende soorten meisjeswerkingen. In de praktijk zien we dat de bestaansreden van meisjeswerkingen in vraag gesteld wordt omdat de meisjes een migratieachtergrond hebben of moslima zijn.
Ondertussen is er net daardoor een extra nood aan meisjeswerking, omdat ze zich op verschillende assen situeren die ervoor zorgen dat ze de zwaksten in de samenleving zijn en meervoudige discriminatie meemaken. Anderzijds zie je in de praktijk dat sommige meisjeswerkingen er net in slagen om op die ‘kruispunten’ politiserend te werken en samen met de doelgroepen stappen vooruit te zetten.
Het jeugdwelzijnswerk heeft immers de opdracht om te werken met en voor kinderen en jongeren die institutionele kwetsing riskeren of eraan blootgesteld worden. Hedendaags meisjeswerk moet binnen het jeugdwelzijnswerk die verschillende koppelingen maken, samen met meisjes.[1]
Bronnen
[1] Intersectioneel denken: Handleiding voor professionelen die intersectionaliteit of kruispuntdenken in de eigen organisatie willen toepassen. (2014). Brussel: Ella vzw.
In 2019 zette Uit De Marge vzw het thema ‘kruispuntdenken’ centraal tijdens haar Congres van het Jeugdwelzijnswerk op 21 november 2019 in Antwerpen.
Klik hier voor meer informatie & materiaal.
<< Hoofdpagina Meisjeswerk
>> Meer over het thema Kruispuntdenken