Samen in gesprek over de kern van jeugdopbouwwerk

Jeugdopbouwwerkers, jeugdwerkers en gemeentelijke actoren zakten op 6 mei naar Antwerpen af voor de studiedag “Wat maakt jeugdopbouwwerk écht jeugdopbouwwerk.”
“Een studiedag in een erg aangename sfeer, met veel doorpraten en -denken, maar met goede tussenpauzes”, klonk het bij één van de deelnemers. Samen gingen we in gesprek over de kern van jeugdopbouwwerk. Wat onderscheidt deze werkvorm van andere? Welke uitdagingen dienen zich aan, en hoe positioneren we ons binnen een steeds veranderende samenleving? De studiedag bood ruimte voor heel wat reflectie, uitwisseling en verdieping. Een boeiende dag, met informele momenten en sterke intermezzo’s van comedian Karim Shatla (laureaat Gouden Jefkes van de Vlaamse comedy)!

Jeugdopbouwwerk: tussen straat en beleid
Wat maakt jeugdopbouwwerk nu echt uniek? In het openingspanel zaten Filip Coussée (initiator van jeugdopbouwwerk in Vlaanderen), Ward Christens (straathoekwerk, SAM vzw), Bart Neirynck (regioverantwoordelijke Team West, Uit De Marge), Hannah Nascimento Martins (jeugdopbouwwerker, Uit De Marge) en Samuel Vileyn (educatief medewerker, Uit De Marge) aan tafel. “Jeugdwerk was historisch altijd gericht op specifieke contexten en concrete noden. Vanuit dat perspectief ligt jeugdopbouwwerk vaak dichter bij de oorspronkelijke bedoeling van ‘jeugdwerk’ dan het aanbodgerichte werk dat vandaag vaak als standaard geldt”, stelt Filip Coussée.
“Als jeugdopbouwwerker draag je verschillende petten en werk je op verschillende ritmes – die van je organisatie, de jongeren en jezelf. Het is daardoor een intensieve job, maar door al deze petten te combineren, bewaak je het proces. Je bent de rechtstreekse link tussen de straat en het beleid.”
Jeugdopbouwwerkers bouwen bruggen tussen jongeren en beleid. Ze zoeken jongeren op in hun leefwereld, bouwen een vertrouwensband op en signaleren structurele problemen en drempels. Ze zijn aanwezig waar anderen jongeren niet bereiken en creëren tegelijkertijd een safe space waar jongeren echt zichzelf kunnen zijn. Dat vraagt flexibiliteit, inlevingsvermogen, en vooral: tijd en ruimte.
“Men heeft er geen moeite mee dat er verschillende jeugdbewegingen zijn, maar wel dat er een specifiek aanbod is voor bepaalde doelgroepen, denk aan meisjeswerk.”
De doelgroep benoemen

In verschillende sessies kwam het begrip ‘maatschappelijke kwetsbaarheid’ aan bod. Hoewel het ooit werd gelanceerd om de structurele oorzaken van uitsluiting te benoemen, ervaren veel werkers vandaag dat het woord steeds meer geassocieerd wordt met het individu zelf. “Er is geen enkele jongere die kwetsbaar genoemd wil worden”, klinkt het tijdens een gesprekstafel.
“Maatschappelijke kwetsbaarheid is een proces dat iets zegt over het functioneren van de samenleving. Het is geen basiskenmerk van een groep”, stelt Bart Soons (Publiq). De doelgroep van jeugdopbouwwerk is niet in één profiel te vatten. Het gaat over jongeren die niet bereikt worden, voor wie de drempel naar een traditioneel aanbod te groot is. Dat vraagt om werk op maat, nabijheid en presentie. “Je bent er zonder meer. Als er dan een hulpvraag komt, is de drempel kleiner”, benadrukt één van de deelnemers.
“Omdat verschillende van mijn vrienden op drempels botsten in hun omgang met de politie, school, … Die onrechtvaardigheid zette me ertoe aan om dit werk te doen.”
Samenwerken met gemeenten: tussen vertrouwen en autonomie

Een terugkerend thema was de relatie met lokale besturen. Gemeenten financieren jeugdopbouwwerk, maar dat brengt ook verwachtingen met zich mee: overlast beperken, jongeren toeleiden naar sociale diensten, zichtbaar zijn, …
Jeugdopbouwwerkers voelen soms druk vanuit beleid om resultaten te tonen in cijfers, terwijl de echte impact vaak schuilt in processen en verhalen. Er klonk een pleidooi voor hybride rapportagevormen: beperkte kwantitatieve data, aangevuld met narratief en signalen.
“Het draait niet om cijfers, maar om de verhalen van jongeren.”
Een goede samenwerking met een gemeente vraagt tijd, afstemming en wederzijds vertrouwen. Tegelijk moet jeugdopbouwwerk onafhankelijk genoeg blijven om kritisch te kunnen zijn en jongeren echt te kunnen vertegenwoordigen.
Politiserend werken in de praktijk
Politiserend werken blijft een essentieel aspect van jeugdopbouwwerk. Het gaat niet alleen over signalen doorgeven, maar over het versterken van de stem van jongeren en het aankaarten van structurele onrechtvaardigheden. Dat botst soms met lokale gevoeligheden, maar is net de meerwaarde van jeugdopbouwwerk: zichtbaar maken wat vaak onzichtbaar blijft. “Je moet die kleine stappen koesteren en waarderen, want meteen de hele samenleving veranderen of grote instituties zoals ‘het onderwijs’ hervormen is een te grote opdracht voor lokale werkers. Wel kan je voor die grotere structurele problemen aandacht blijven vragen, samen mét jongeren.”
De inzichten, vragen en signalen die we samen bespraken, nemen we mee in het verdere werk. Bedankt aan iedereen die erbij was, meedacht en mee het verschil maakt!