Verkiezingen 2019: Do you give a shit?

Beste kandidaten,

Binnenkort maakt u misschien deel uit van het Vlaams of Federaal Parlement. U kan dan een immens verschil maken voor kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare posities. Hierbij vindt u onze voorstellen terug die opgebouwd zijn vanuit politiserende trajecten op lokaal niveau, ons jongerencongres en academisch onderzoek. Neem de stem van kinderen en jongeren ter harte, ga met hen in gesprek, vanuit hun leefwereld. Zorg vooral voor een beleid dat hun situatie meteen verbetert, zodat hun grond- en kinderrechten gegarandeerd worden, want elk kind telt.

De focus ligt op klimaat, onderwijs, wonen, werk, toegankelijke en bruikbare jeugdhulpverlening en de uitbreiding en erkenning van het jeugdwelzijnswerk.

Superdiversiteit en armoede komen transversaal terug; beide zaken hebben immers een immense impact op onze kinderen en jongeren en hebben een effect op alles wat ze doen. Beide thema’s zouden dan ook in elk beleidsdomein moeten terugkomen. We vragen daarbij ook een ambitieus beleid rond kinderarmoede: trek alle uitkeringen op tot boven de armoedegrens, verhoog de kinderbijslag voor kinderen en jongeren in een maatschappelijk kwetsbare positie en maak werk van een ambitieus federaal antidiscriminatie- en antiracismeplan.

Klimaat

Voor het Jongerencongres 2019 van Uit De Marge vzw kozen de jongeren klimaat als topprioriteit. Ook kinderen en jongeren in armoede zijn erg begaan met het klimaat. Alleen leggen zij meteen een verband met andere uitdagingen in hun leven.

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Luchtkwaliteit verbeteren, ook in wijken waar veel kinderen en jongeren in maatschappelijke kwetsbaarheid leven.
  • Zwerfvuil aanpakken.
  • Meer groene ruimtes creëren in de buurt.
  • Degelijk en betaalbaar openbaar vervoer.
  • Klimaatmaatregelen mogen geen extra financiële impact hebben op mensen in armoede. De zwaarste lasten moeten worden gedragen door de sterkste schouders.
  • Onze jongeren vragen niet alleen om grote stappen te zetten op vlak van klimaat, maar ook in domeinen zoals wonen en armoede. Dat hangt immers allemaal samen.

Onderwijs

Het onderwijs heeft een zeer grote invloed op het leven van onze kinderen en jongeren. Er zijn weinig andere maatschappelijke instituties met zoveel impact. Voor veel van onze kinderen en jongeren zijn positieve ervaringen in de schooltijd, handvaten voor de toekomst. Dat is echter heus niet altijd positief, allerminst. Veel van hen riskeren kwetsingen, omdat ze tot een etnisch-culturele minderheid behoren of in armoede opgroeien. Kwetsingen in het onderwijs hebben de neiging om zich in de verdere levensloop te reproduceren in contact met andere instanties.

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Het aanpakken van het watervalsysteem.
  • Het herwaarderen van technische vakken en opleidingen.
  • Investeren in leerkrachten en de lerarenopleiding .
  • Nood aan grotere sensitiviteit rond armoede en diversiteit.
  • Huiswerk creëert ongelijkheid, werk daarrond een visie uit.
  • Kinderen/jongeren die voor 1 vak niet geslaagd zijn, moeten tegen hun wil van richting veranderen terwijl ze voor de rest goed meekunnen (cfr. rapport Unia). Maak daar duidelijkere regels rond.
  • Maak onderwijs betaalbaar voor iedereen, ook de beroepsrichtingen.
  • Kinderen/jongeren zijn de dupe van onbetaalde facturen: zij krijgen ze mee of worden erop aangesproken, ze krijgen hun rapport pas na betaling van de factuur, ze krijgen nota’s in hun agenda, … Ze worden zo nog maar eens geconfronteerd met de armoede waarin ze leven. Maak duidelijke afspraken met de schoolnette zodat dergelijke zaken op een andere manier aangepakt worden.
  • Het afschaffen van het verbod op het dragen van religieuze kenmerken op school.
  • Zorg voor meer brede scholen, waar kinderen en jongeren op een laagdrempelige manier in contact kunnen komen met cultuur en sport.

Werk

Jobs, jobs, jobs, … Een slogan die we de afgelopen jaren veel gehoord hebben, maar waar blijven die jobs voor jongeren in armoede, jongeren zonder (hogeschool)diploma of voor jongeren met een migratieachtergond. Heel wat jongeren staan te poppelen om te starten op de arbeidsmarkt, maar ze vinden geen werk of komen terecht in jobs met slechte werkomstandigheden, tijdelijke contracten en laagbetaalde jobs. Zij zijn de meest kwetsbare groep op de arbeidsmarkt.

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Creëer kwaliteitsvol werk voor jongeren zonder hogeschooldiploma.
  • Zorg voor kwaliteitsvolle stages en deeltijds werk voor jongeren.
  • Pak interimwerk zonder eindtermijn aan.
  • Zorg dat de minimumlonen verhoogd worden.
  • Zorg voor eerste werkkansen voor jongeren via de lokale gemeenten.
  • Pak discriminatie en racisme aan op de arbeidsmarkt (bv. via praktijktesten).

Wonen

Wonen is een basisrecht, toch wonen heel wat kinderen en jongeren in maatschappelijke kwetsbare posities in slechte woningen of zijn ze zelfs dakloos. In de praktijk zie je bovendien een wooncrisis. De goedkoopste huurwoningen zijn met 9% gestegen en betaalbare woningen zijn nauwelijks beschikbaar. Tegelijkertijd is er een tekort aan sociale woningen en de wachtlijsten voor een sociale woning zijn in sommige Vlaamse gemeenten zelfs bijna even groot als het totale aantal sociale woningen die bewoond worden. Eén op de drie dak- en thuislozen is minderjarig!

Achter die cijfers zitten de meest kwetsbare kinderen en jongeren in de put van onze samenleving. De impact van dakloosheid is immens op het sociale leven, het schoolleven, de (geestelijke) gezondheid en de verdere ontwikkeling van kinderen en jongeren. Hoe kan je jezelf goed in je vel voelen als je geen veilige plek hebt om naartoe te gaan?

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Maak in navolging van de vorige Vlaamse regering een actieplan thuisloosheid 2017-2019 op. Landen en regio’s die met een globaal actieplan werken, doen het beter dan zij die alleen ad hoc maatregelen nemen.
  • De grootste risicofactoren op thuisloosheid in Vlaanderen zijn kinderarmoede, verslaving en uithuiszetting. Maak van preventie van thuisloosheid de basis van het beleid. Opvang moet het sluitstuk vormen. Via proactieve rechtendetectie en outreachend werken dient men op lokaal vlak een breder preventief beleid uit te voeren om thuisloosheid te voorkomen.
  • Een doorgedreven beleid rond armoede.
  • Meer investeringen in en het uitbreiden van “Housing First”-projecten.
  • Leefloners niet bestraffen met een deel leefloon in te houden als ze samenwonen.
  • De huurwaarborg niet optrekken naar 3 maanden.
  • Voorzie meer sociale woningen.
  • Zorg ervoor dat de voorwaarden om recht te hebben op een sociale woningen versoepeld wordt (bv. aantal jaren dat je in een gemeente moet wonen schrappen).
  • Zorg voor een aangepast beleid rond dakloosheid bij kinderen en jongeren (geen groepsopvang).
  • Zorg voor aangepaste woningen voor zowel grote gezinnen als jongeren die alleen willen wonen.
  • Drempels in de huurpremie te verminderen.
  • Discriminatie en racisme aanpakken op de huurmarkt (bv. praktijktesten).

Toegankelijke en bruikbare hulpverlening

Heel wat kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare posities en hun gezinnen hebben nood aan toegankelijke en bruikbare hulpverlening. We zien nu kinderen en jongeren aankoppen bij jeugdwelzijnswerkers. Zo worden jeugdwelzijnswerkers steeds meer geconfronteerd met thuisloosheid, psychiatrische problematieken en zorgwekkende thuissituaties waar onze samenleving geen antwoorden op biedt. Heel wat kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties en hun ouders vallen door de mazen van het net van de integrale jeugdhulp en komen niet of nauwelijks aan hulpverlening toe.

De jeugdhulpverlening kenmerkt zich door een gebrek aan nabijheid – zowel fysiek als psychologisch – en door een gebrek aan aanbod. Jeugdwelzijnswerkers en jeugdopbouwwerkers gaan noodgedwongen aan de slag met de vragen die niet opgenomen worden door de jeugdhulpverlening. Tegelijkertijd worden de vragen en problematieken van kinderen en jongeren zwaarder.

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Investeer in outreachende medewerkers en vertrouwensfiguren. Hulpverlening is en blijft zo goed als overal een aanbod dat vertrekt vanachter een bureau of vanuit een gebouw. Het is nochtans al lang duidelijk dat hulpverlening best werkt wanneer de hulpverlener zelf naar de jongeren trekt.
  • Meer hulpverlening in de buurt. Meer en meer hulp wordt gecentraliseerd in het kader van efficiëntie en trekt zich terug naar de (middel)grote steden. Het resultaat is soms een totale afwezigheid van hulpverlening in de buurt. Een voorbeeld daarvan zijn de JAC’s en het CAW dat her en der verdwijnt, enkel nog bereikbaar is op afspraak of via chat.
  • Beter en betaalbaar openbaar vervoer. Vervoersarmoede is vooral een probleem in kleinere gemeentes en in dunner bevolkte gebieden. Heel veel maatschappelijk kwetsbare gezinnen beschikken niet over een wagen. Deze gezinnen hebben vaak een beperkt netwerk, waardoor ze ook niet snel op vervoer via een ander kunnen rekenen. Verder zorgt een dalend aanbod van het openbaar vervoer voor grotere problemen om ergens te geraken.
  • Pak te lange wachtlijsten in de hulpverlening aan.
  • Verklein de dossierlast bij hulpverleners.
  • Vergroot de kennis omtrent armoede en superdiversiteit bij hulpverleners. Vertrek vanuit de realiteit van kinderen en jongeren.

Jeugdwelzijnswerk

Voor kinderen en jongeren is het jeugdwelzijnswerk één van de weinige plekken waar ze zichzelf kunnen zijn. Een veilige plek waar ze zich kunnen ontspannen. Vanuit een groepsgericht vrijetijdsaanbod voor kinderen en jongeren wordt er gewerkt aan sterkere kansen om te participeren aan de maatschappij.

Als we voor elk kind en elke jongere die veilige plek willen garanderen, zullen er ook de nodige budgetten tegenover moeten staan.

Van daaruit bouwen jeugdwelzijnswerkers bruggen met andere levensdomeinen. Zo kunnen maatschappelijke instellingen zoals de school, het werkveld en de politie de leefwereld van kinderen en jongeren beter leren kennen en zich eraan aanpassen.

Jeugdwelzijnswerkers zijn dan ook de eerste belangenbehartigers van kinderen en jongeren die onzichtbaar dreigen te worden. Ze zijn bovendien één van de weinige mensen die vanuit een sterke vertrouwensband met hen aan de slag gaat. Die ene persoon, die ene plek is cruciaal.

De armoede is enorm bij onze kinderen en jongeren en is de afgelopen decennia nog meer gestegen. Ook de situatie waarin ze leven is complexer geworden. Toch zijn de middelen waar jeugdwelzijnswerkingen mee aan de slag zijn gegaan, net gedaald.

Om dat te veranderen vragen wij:

  • Meer investeringen te voorzien voor jeugdwelzijnswerk.
  • Een nieuw decreet legt binnenkort de middelen voor jeugdwelzijnswerkingen vast. Het aantal werkingen dat daarop zal intekenen, is erg gestegen door de uitdagingen op het terrein. Als we voor elk kind en elke jongere die veilige plek willen garanderen, zullen er ook de nodige budgetten tegenover moeten staan.
  • Jeugdwelzijnswerk als eerste partner te zien om samen beleid op te maken.
  • Jeugdwelzijnswerk kan een plek zijn waar beleidsmakers in gesprek kunnen gaan met kinderen en jongeren die te weinig gehoord worden.
  • Zet in op de vertrouwensrelatie van jeugdwelzijnswerkers naar kinderen en jongeren toe (deontologische code).
  • Erken de rol van jeugdwelzijnswerker en draag dat ook uit.

Wil je dit delen?

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Deelnemen aan een vorming?

Op zoek naar nieuwe inzichten en handige tools om beter met je gasten aan de slag te gaan?
Wil je jezelf verrijken met een vorming, intervisie of een cursus?
Dan ben je vast benieuwd naar ons vormingsaanbod.